Sonia’s Semana Santa

Antionio Banderas Malaga

Antionio Banderas Malaga

Semana Santa (=Pasen) viert men in iedere Spaanse regio op een andere manier. Het start komende zondag. In Andalusië, Madrid en een aantal noordelijke regio’s is het de belangrijkste religieuze happening van het jaar. Het hele jaar is men gefocust op de Paasprocessies. Wie mag het zware kruis dragen? Dat is een groot voorrecht. In steden als Malaga (de geboortestad van Antonio Banderas) zindert het in deze Heilige week van de spanning.

Semana Santa punthoeden

Semana Santa punthoeden

 

Overal is het ook anders. Op de Canarische eilanden zijn er bijvoorbeeld helemaal geen processies. Ik vond het als kind maar een duf feest: niet lekker eten en zelfs geen televisie. Tot in de jaren ’80 was geen tv en sober eten bij ons normaal tijdens Pasen. Tijden veranderen, ook in Spanje en zelfs op Gran Canaria!

Dunas maspalomas

Dunas maspalomas

Toen ik uit mocht gaan waren het inmiddels de jaren ’90 en was het gedaan met het vasten. Als kind vond ik Semana Santa  vervelend, maar vanaf mijn twintigste was het een geweldig feest. Het was verre van religieus, maar vooral veel dansen, uitgaan, lol maken en lekkere ‘Ron de Arehucas’ drinken!

Ron de Arehucas

Ron de Arehucas

 

De zondag bleef altijd een wat treurige dag. Voor mij dan niet omdat Jezus was gestorven voor onze zonden, maar omdat ik met een kater weer terug moest naar de dagelijkse routine.

Eet 12 druiven voor een gelukkig 2013!

12 druiven

12 druiven

In Spanje eten we op Oudejaarsavond 12 druiven. Als de klokken luiden eten we bij iedere slag een druif. Waar komt die traditie vandaan? Toen ik vroeg of het een oude traditie was zei mijn vader ´Dat doen we ons hele leven al´. Maar toen ik daarna vroeg of hij het als kleine jongen deed zei hij: ´Nee, tuurlijk niet´. Daar werd ik niet veel wijzer van, gelukkig hebben we Wikipedia.

De Spaanse variant vertelt dat het eten van druiven een relatief jonge traditie is. Vanaf ongeveer 1900 zijn de eerste geschreven bronnen te vinden. Daarna werd deze traditie bevorderd door wijnboeren, die hun  producten wilden promoten.

Inmiddels eten we niet alleen in Spanje 12 druiven, maar ook in Italië en Zuid-Amerika. Bijgelovig als we zijn moeten alle druiven precies op het juiste moment in de mond worden gestopt. Gebeurt dat niet, dan hebben we de maand waar de druif voor staat pech.

Wie liever geen 12 druiven eet, mag trouwens ook 12 slokjes cava drinken. Met druiven of oliebollen: ik wens iedereen een heel mooi 2013!

Kerst op Gran Canaria

Dunas maspalomas

Ik kom uit Gran Canaria en ik ben altijd met kerst op mijn geboorte-eiland. Is kerst op de Canarische eilanden anders dan in Nederland? Ik heb slechts 2 keer met kerst in Nederland geweest, dus heel goed vergelijken kan ik niet. Toch zijn er een paar duidelijke verschillen. Het belangrijkste verschil is het weer. Vandaag was het bijvoorbeeld 25 graden, lekker strandweer. Het zeewater is aan de frisse kant, een graad of 19. De temperatuur heeft invloed op wat je kunt doen. Als het regent of sneeuwt blijven mensen vaker en langer binnen. Bij ´zomerse´ temperaturen is dat anders.

Op 24 december viert men kerstavond. De kerk is niet meer zo populair, maar iedereen eet thuis. Wat er op het menu staat? Dat is per streek misschien anders, maar hier op Gran Canaria Baifo. Dat is gestoofde jonge geit. Best zielig, maar ook erg lekker. Als je ervan houdt. Na het eten gaan de jongereren (zo tot een jaar of 70) uit. Er zijn tijdens kerst namelijk veel feesten of mensen houden zelf een feest op het strand of thuis in de garage. Op eerste kerstdag is er niet zoveel bijzonders. Net als in Nederland houdt de koning (wij hebben een man) een praatje over de toestand van het land. Helaas is dat de laatste jaren niet zo´n vrolijk praatje, het gaat in Spanje niet zo goed. Daarbij komt dat de familie van de koning negatief in het nieuws kwam vanwege een fraudezaak en hij zelf op olifantenjacht ging.

Alhoewel steeds meer cadeaus worden gegeven op kerstavond, zijn de meeste cadeau´s in Spanje toch op 6 januari. Dat is Driekoningen. Wat Sinterklaas is in Nederland, dat is 3 koningen voor de Spaanse kinderen. Tot zover het blog over kerst in Spanje. Ik ben vast nog wel wat vergeten, aanvullingen zijn welkom op de reacties hieronder.

Vrolijk kerstfeest gewenst en hopelijk tot ziens in 2013!

Recept voor Canarische mojo!

Canarische Mojo met aardappeltjes

Canarische Mojo met aardappeltjes

Een tijd geleden aan mijn studenten beloofd, nu eindelijk online: een recept voor mojo. De Canarische keuken staat bekend om de verse vis, de lekkere kazen, goede witte wijnen en de bekende aardappeltjes in de schil. Bij de aardappeltjes hoort een knoflookrijke saus: mojo (spreek uit: mogo). Mojo, kun je op verschillende manieren maken, maar dit recept is van mijn zus Olimpia. Zij maakt bij ons altijd de mojo, die kan op groenten, brood, vlees en vis. De rode is het meest pikant en wordt gebruikt voor vlees. De groene variant is wat milder en vooral geschikt voor vis.

Eet smakelijk! Bekijk de video en onder de video het recept.

Mojo verde (especialmente para pescados):

Ingredientes:
1 pimiento verde
1 ajo
comino
sal
peregil
cilantro
aceite de oliva (muy importante)
vinagre

Preparacion:
1. trocear el pimiento pequeñito
2. torcear ajo pequeñito
3. poner todo en la batidora
4. añadir un puñado pequeñito de comino
5. añadir manojo de peregil troceado
6. añadir mitad de un manojo de cilantro troceado
sal
7. añadir aceite hasta cubrir todos los ingredientes
un chorrito pequeño de vinagre

Mojo picon:

Ingredientes:
1 pimiento rojo
1 ajo
comino
sal
pimienta “la puta la madre” para los holandeses picona
pimenton dulce
azafran
aceite de oliva (muy importante)
vinagre

Preparacion:
1.trocear el pimiento pequeñito
2.torcear ajo pequeñito
3.poner todo en la batidora
4. añadir un puñado pequeñito de comino
5. añadir una cucharada de pimenton dulce
6. una cucharada pequeña de azafran
7. sal
8. añadir aceite hasta cubrir todos los ingredientes
un chorrito pequeño de vinagre

Hoe Spaans is Spanje?

Spaanse stier

Spaanse stier

We horen in Nederland weinig over Spanje als het gaat om afscheidingsbewegingen  Toch zijn er binnenkort verkiezingen die een opmaat kunnen zijn voor onafhankelijkheid van Catalonië  Dat roept de vraag op: hoe Spaans is Spanje eigenlijk? Net zoals dé Nederlander niet bestaat, bestaat er ook geen typische Spanjaard. In het algemeen kun je wel zeggen dat veel Spanjaarden een grotere binding hebben met hun regio.

Dat merk je in de eerste plaats aan de taal. Veel Spanjaarden spreken naast het officiële Spaans een andere taal. Denk maar aan het Baskisch, Catalaans, Gallisch of Valenciaans. En dan zijn er ook nog grote regionale verschillen. Op de Canarische eilanden gebruiken we bijvoorbeeld geen ‘jullie’ (=vosotros), maar gebruiken we het meervoud van u (ustedes). Maar het is niet alleen de taal dat belangrijk is voor de vorming van een identiteit.

Het heeft ook te maken met de geschiedenis van het land. Dictator Franco regeerde in Spanje tot 1975 met harde hand. Hij onderdrukte de minderheden zoals de Basken en Catalanen. Hij wilde één sterke Spaanse staat maken. Aan dat recente verleden denken veel mensen met angst terug, al heeft een kleiner deel ook weemoed naar die ‘goede oude tijd’. Na Franco gaf men veel macht aan de autonome deelstaten, die mogen in grote mate hun eigen beleid bepalen.

Dat heeft voordelen, zoals blijkt uit de bevordering van regionale talen, gebruiken en feesten. Maar het heeft ook nadelen, Spanje is veel geld kwijt aan bureaucratische rompslomp. Terug naar de vraag: hoe Spaans is Spanje eigenlijk? Gezien alle verschillen is het eigenlijk een wonder dat het al 37 jaar goed gaat. Dat kwam door 2 dingen in het bijzonder. 1. economische voorspoed en 2. sportieve successen.

Voor veel Spanjaarden waren de Olympische Spelen van 1992 in Barcelona (en dus niet in Madrid!), een definitieve afrekening met het vervelende verleden. Spanje hoorde er bij. Het was in 1976 democratisch geworden, tien jaar later trad Spanje toe tot de EU en in 1992 vierde het sportieve successen bij fantastische Spelen. De voetbalsuccessen van 2006 maakten het feest compleet: meer Spanjaarden voelden zich Spaans dan ooit.

En toen kwam de crisis van 2008. Sindsdien boeken de voetballers nog wel overwinningen, maar het plezier bij de bevolking is minder. Mensen maken zich zorgen en vrezen voor hun baan. Niet gek, als 1 op de 4 volwassenen geen werk heeft. Daarbij komt dat nu de conservatieve Partido Popular aan de macht is. De Spaanse onderwijsminister stelde dat hij van de Catalaanse kinderen Spanjaarden wil maken. Net als Franco. Dat viel niet in goede aarde bij de Catalanen.

In oktober wonnen de Baskische nationalisten (een verbond van links en rechts) de verkiezingen. In november gaan de Catalanen naar de stembus: de verwachting is dat de traditionele landelijke partijen worden weggevaagd. En dan? Dan gaan de partijen het volk per referendum vragen wat ze willen. De peilingen wijzen nu op een meerderheid die voor afscheiding is.

Betekent dit het einde van eenheidsstaat Spanje?

8 september 2012: Onze Lieve Vrouwe van de pijnboom

O.L.V. van de pijnboom

O.L.V. van de pijnboom

Bijna is het weer zover, het grootste feest van de beschermheilige van Gran Canaria. Op 8 september lopen duizenden pelgrims van Las Palmas naar Teror. De patrones van Gran Canaria heet vrij vertaald ‘Onze Lieve Vrouwe van de pijnboom’. De klim is niet alleen lang, maar ook heel stijl. Op iedere plek van het eiland is het een feestdag, maar het epicentrum van de feestelijkheden is de religieuze hoofdstad Teror.

chorizo de teror

chorizo de teror

De stad is een van de mooist bewaarde stadjes van het eiland. De Canarische houten balkonnen zijn in veel huizen te zien. Sommige huizen dateren van de 16e-eeuw. Niet alleen de architectuur is fraai, het stadje is ook bekend om lekkere kazen en worsten. De bekendste is de befaamde ‘chorizo de Teror’. Op de hele archipel is deze te krijgen, lekker pittig!

Terug naar de feestdag. Als de gebeden van mensen zijn uitgekomen, lopen mensen uit dank de pelgrimstocht van de hoofdstad naar Teror. Daar aangekomen staan er boeren uit alle delen van de archipel. In kelderdracht verkopen zij eten en drinken. Ben je van plan om een keer te gaan naar deze of een andere romeria? Als je niet over de juiste outfit beschikt, val je als toerist natuurlijk extra op. Net als bij tijdens carnaval, gaat vrijwel iedereen verkleed.

Drinken, muziek en dans hoort er natuurlijk bij. Hieronder een historisch filmpje uit 1974. Nederlands gesproken, uit de tijd dat dictator Franco het nog voor het zeggen had.

Tuno: de lekkerste cactus van Spanje!

Reuzemango!

Reuzemango!

In Spanje mis ik soms Nederlands voedsel als verse melk, vla of yoghurt. Terug in Nederland is het net andersom, dan kan ik verlangen naar vers fruit. Natuurlijk, een Hollands appeltje of peertje is ook niet te versmaden. Maar wat ik echt lekker vind is hier op fruitgebied niet te krijgen. De geïmporteerde mango’s lijken qua vorm, smaak en afmeting in niets op de Canarische variant.

Zelf koop ik mijn fruit op de Canarische Eilanden het liefst op de markt. Niet alleen is het goedkoper, je weet ook zeker dat het uit de eigen regio komt. In Nederland zouden ze het ‘biologisch’ noemen. De mango’s hebben de grootte van een bescheiden voetbal en je vindt watermeloenen zo groot als skippyballen. Op de Canarische eilanden heerst een subtropisch klimaat, dus je treft er ook ander fruit aan dan in de Lage Landen. Sinaasappelen, druiven, mango’s, papaya’s, dat zijn de producten van deze archipel. Niet allemaal oorspronkelijk, wel allemaal erg lekker.

Een grappig weetje: men maakt onderscheid tussen bananen en platano’s, maar ook tussen bijvoorbeeld mango’s en manga’s. De manga’s zijn groter en er is volgens de fruitkenners ook een smaakverschil. Simpel gezegd: hoe kleiner hoe zoeter. Verder houd ik erg van tuno’s. Dat is de zoete vrucht van een cactus. Erg fris, fruitig en gezond. Wel uitkijken bij het schoonmaken, want de schil heeft haakjes die behoorlijk kunnen prikken in je huid.

Tuno of Tuna?

Tuno of Tuna?

De schil kun je het beste met mes en vork te lijf gaan. Snijd de kop en kont van de vrucht, dan haal je ‘het jasje’ er makkelijk vanaf. Je ziet ook veel mensen langs de weg deze cactussen voor ‘een prikkie’ verkopen. Waar we op de Canarische eilanden ‘tuno’ zeggen, daar rept de rest van de Spaanstalige wereld trouwens van ‘tuna’. Volgens Wikipedia worden ze vooral in Mexico veel gegeten.

Eet smakelijk / Buen provecho!

Waar eet je de lekkerste paella ter wereld?

Paella met zeevruchten

Paella met zeevruchten

Paella is een Valenciaans gerecht. De lekkerste paella´s vind je dan ook in deze streek. Al tref je dit gerecht nu in heel Spanje aan, op veel plaatsen is het lang niet zo lekker als hier. Op de Canarische eilanden of in Noord-Spanje werd vroeger geen paella gegeten.

Ook eet de lokale bevolking hier nog steeds beduidend minder paella dan in Valencia. Vaak wordt het in deze streken dan ook vooral door toeristen gegeten en is de kwaliteit minder. Echt lekkere paella vind je overal waar rijst verbouwd word. Grofweg: het midden, zuiden en de costa´s.

Een paella´s is een typsich Spaans gerecht, omdat je lekker kunt aanschuiven wanneer het je uitkomt. Het maakt weinig uit wanneer je komt, want in een ´paellera´ blijft het eten lang goed. Je kunt heel veel soorten groenten, vlees en vis in het gerecht kwijt.

Maar wat is nu echt typisch? Volgens een Valenciaanse vriend mogen artisjokken absoluut niet ontbreken. Anderen zeggen dat kip en konijn er absoluut inhoort. De één vindt vlees een doodzonde, de ander vindt het juist een must. Kortom; zoals het hoort bij een goede discussie zijn de meningen verdeeld over wat een echt typische paellaschotel is.

Terug naar de titel. Waar eet je nu de lekkerste paella van Spanje? Dit is geen officieel onderzoek, maar de lekkerste die ik heb gegeten was inderdaad in Valencia. Aan de kust is het beroemde restaurant La Pepica. Het restaurant bestaat al sinds 1898 en je hebt er mooi uitzicht op zee. Er zijn vast meerdere geweldige plekken om paella te eten.

Waar heb jij je lekkerste versie gegeten?

Hieronder een Mexicaanse versie (met artisjokken):

Miró: dé Catalaanse kunstenaar.

Joan Miró

Joan Miró

Joan Miró (1893-1983) was één van de grootste Spaanse schilders van de 20-ste eeuw. In Nederland is hij misschien minder bekend dan Picasso of Dalí, maar in Spanje, en zeker in Catalonië is dat anders. Zijn werk en leven zijn zeer geschikt om tijdens een cursus Spaans te bespreken. Voor beginners kijken we bijvoorbeeld naar zijn kleurgebruik. Studenten leren aan de hand van zijn schilderijen kleuren, dieren en objecten te benoemen. Voor de gevorderden bespreken we zijn leven en zijn ontwikkeling als schilder.

Mooi levensverhaal

Van zijn vader moest Miró ¨Iemand worden in het leven¨. Daar bedoelde hij mee: geld verdienen. Joan Miró ging Handel studeren en studeerde in de avonduren aan de kunstacademie. Zijn vader zag zijn geschilder als een ´onschuldige hobby´. Uiteindelijk kreeg hij een zenuwinzinking, omdat hij dingen tegen zijn zin deed. Hij trok zich terug op het platteland en schilderde daar “La Masía”. Hieronder zie je een afbeelding van dit schilderij. Hij ging zijn hart volgen en zou zijn penseel nooit meer neerliggen. Joan Miró werd een van de meest bekende en invloedrijke kunstschilders die Spanje ooit gekend heeft. Kortom: hij werd iemand!

miro-la-masia

miro-la-masia

Dit is géén banaan!

dit is geen banaan

dit is geen banaan

Wie op de Canarische eilanden een banaan eet, eet geen banaan maar een plátano. Het verschil tussen een plátano en een banaan? Ja, dat is afhankelijk van aan wie je het vraagt. De biologische indeling van dit fruit is vrij ingewikkeld, dus daar gaan we je niet mee vermoeien. Laten we het erop houden dat het ongeveer hetzelfde ding is. Met één essentieel verschil: de smaak.

Canariërs zweren bij hun eigen, vertrouwde plátano. Deze heeft meer smaak en is zoeter dan de lange gele joekels die je in West –Europa in de supermarkt ziet liggen. Maar klopt het ook? Wat amateur-internetspeuronderzoek verschaft geen duidelijkheid.

Het lijkt erop dat de banaan/plátano al in de 7de-eeuw verbouwd werd in de Canarische eilanden. De eilanden werden eeuwen later, vanwege hun ligging in de oceaan, gebruikt als tussenstop naar Zuid-Amerika. De banaan is dus eigenlijk een plátano, maar dan eentje uit een tropisch Zuid-Amerikaans klimaat.

Om een lange discussie iets minder lang te maken: het smaakverschil is wel degelijk te proeven. Een Canarische plátano heeft meer smaak dan een exemplaar van de Nederlandse groenteboer. Komt dat door het bijzondere klimaat op de Canarische archipel? Of toch omdat de afstand tussen producent en consument veel korter is? Ik denk eigenlijk het laatste…